Hoofdstuk 11 - Terugslag

Start bij het begin
                                    

Uiteindelijk gaf Floor met een schreeuw van blinde woede de energie een gigantische duw. Nu, voor het eerst vocht de energie terug. Even leek de massa te exploderen, recht in het gezicht van Floor. Een golf van energie knalde tegen haar op en sloeg haar naar achteren. In gedachten gilde Floor het uit, van zowel schrik als verontwaardiging.

Ze lag op de grond. Om haar heen zag ze enkel zwart, totale afwezigheid van alles, en de massa Tabatha-energie.

'Waarom deed je dat?' vroeg ze.

'Jij begon. Jij was boos op mij.'

'Door jou ben ik alles kwijt!' verbeet ze de energie.

'Door de priester en de manier waarop dit land met haar meest begiftigde dochters omgaat. Niet door mij.'

'Ik heb hier niet om gevraagd!' beargumenteerde ze.

'Ik ook niet.'

'Wat wil je van me?' Haar woorden werden afgewisseld met verdrietige snikken.

'Helemaal niets. Ik heb geen wil. Ik ben. Ik besta. Dat is genoeg voor mij.'

'Maar als ik je kwijt wil?' De snikken vermeerderden zich.

'Ik ben net zoveel een onderdeel van je lichaam als je grote teen, je hart, je longen of je neus.'

'Maar wat moet ik met je?' Ze stelde de vraag huilend met een stroom van tranen die over haar wangen rolden.

'Goed doen in de naam van mijn bron, Zij die de Natuur en het Leven is. Maar altijd met een gevoel van liefde. Nooit met een gevoel van woede, haat of angst.'

Toen omsloot de energie de op de grond huilende Floor. Een deken van liefde en warmte wikkelde zich om haar heen en troostte haar. Floor herkende het gevoel van liefde meteen; het was de onvoorwaardelijke liefde zoals alleen een ouder die kon geven aan zijn of haar kinderen. Het herinnerde haar meteen aan het gemis van haar ouders en de manier waarop Peet de afgelopen week voor haar had gezorgd.

'Het spijt me. Ik weet ook niet waarom ik zo gemeen tegen je deed,' huilde ze luid.

'Het geeft niet,' antwoordde Peet heel zachtjes en aaide teder over de haren van Floor, die met haar hoofd in haar schoot lag. 'Ik vergeef het je.'

Verschrikt schoten de ogen van Floor open en ze merkte dat ze weer in de woonwagen was. Tot haar eigen verbazing gaf haar dat een gevoel van veiligheid en geborgenheid. Maar had ze zich alles wat er met de energie was gebeurd nu verbeeld of was het echt geweest? Hoe was ze in de schoot van Peet terecht gekomen? Waren het de woorden van Peet of de woorden van de energie geweest? Was het gevoel van liefde waar ze net in gebaad had van Peet gekomen of van de energie?

Ze schoof haar vragen opzij en besloot ze even te laten voor wat het was en haar tranen voor de zoveelste keer vrijelijk te laten stromen. Ze voelde nog zoveel verdriet in haar binnenste dat ze de behoefte om die naar buiten te huilen niet kon bedwingen. Ze had ook geen idee of het wel echt hielp, maar in ieder geval luchtte het voor nu even op.

'Ik rij weer verder, anders zijn we voor het vallen van de avond niet in Zonkloof. Niet dat ik iets tegen slapen in de vrije natuur heb, maar we hebben het werk hard nodig. We hadden al niet veel reserves meer toen we ontdekten wat er met Floor in Komschrei was gebeurt,' gaf Pien aan.

Peet keek op, knikte bijna onzichtbaar en richtte toen haar aandacht weer op Floor.

Hoofdschuddend verliet Pien de woonwagen en kort daarna begon de wagen weer te schommelen en te schudden.

'Het spijt mij echt,' zei Floor, die nog steeds het gevoel had haar verontschuldigingen aan de energie te hebben aangeboden en niet aan Peet, die ze evengoed verdiende. 'Je bent hartstikke lief voor mij geweest. En nog steeds. Ik had je geen pijn moeten doen. Ik weet ook niet waarom ik dat deed.'

'Maakt echt niet uit, Floor,' fluisterde Peet. 'Je hebt veel meegemaakt en alles wat we je de afgelopen dagen hebben verteld... Het is gewoon veel om te bevatten, dat snap ik best.'

'Is Pien ook nog boos op mij?' Floor zei het met een stem vol twijfel en keek zelfs een beetje bang bij. Peet was een schatje, maar Pien boezemde haar angst in; haar postuur, haar persoonlijkheid en vooral dat in combinatie met haar magische vermogens. Als Pien echt boos was op iemand, dan moest hij of zij uitkijken, daar was Floor zeker van.

'Grote mond, klein hartje,' grinnikte Peet en liet onophoudelijk haar lange, dunne vingers door de volle donkerblonde lokken van Floor glijden.

'Oh,' antwoordde Floor enkel en staarde naar de muur waarachter de bok te vinden was. Ze ontspande zichzelf weer en legde haar hoofd terug op de bovenbenen van Peet. Zo bleven ze beiden nog een tijdje in de woonwagen, in elkaars gezelschap maar zonder verder een woord te wisselen.

De Heks van Komschrei (betaversie)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu