Hoofdstuk 3

455 25 6
                                    

Dit verhaal is een Teen Wolf Fanfictie van Liam Dunbar. Ik bezit niets van Teen Wolf, ik heb een aantal plots gebruikt en ik heb de personages gebruikt. Jade's familie is van mij, de rest is van Jeff Davis.

Jade

"Het moet vandaag gebeuren." Mijn moeders stem klonk serieus en minder vriendelijk dan normaal. Mijn vader zuchtte en mompelde iets onverstaanbaars.

"Prima," zei ze, "Ik ga wel alleen." Ik hoorde voetstappen en enkele seconden later kwam ze de keuken binnen. "Hey liefje," zei ze liefkozend, "We gaan naar mijn beste vriendin!"

Ik sprong op van mijn stoel en huppelde aan mijn moeders hand naar de gang. Ik vond het altijd heerlijk om mee te gaan naar haar beste vriendin. Ik kreeg namelijk altijd lekkere koekjes.

De laatste tijd kwamen we überhaupt amper het huis uit. Ik wist niet waarom, maar sinds het bezoek aan oma, deed mama erg vreemd. Ik schudde de gedachte van me af en stapte de auto in.

De autorit duurde niet lang. Mama zei niet veel tijdens de rit, ze was erg geconcentreerd op de weg en ik wilde haar niet lastigvallen. Uiteindelijk kwamen we aan bij het appartementje, en aan mama's hand liepen we naar binnen.

"Hey!" We werden hartelijk begroet en ik kreeg gelijk een koekje. "Wat wordt ze groot." Ze keek me aan en ze raakten in gesprek. Ik besloot me er niet mee te bemoeien. Ik had mijn koekje namelijk al.

Toch ving ik een aantal dingen op.

"Ik moet haar beschermen. Het kan niet langer op deze manier," zei mijn moeder op een gedempte toon, "Ik wil dat ze opgeroeid als een normaal meisje. Maar dat is niet mogelijk. Ik kan haar geen ogenblik uit het oog verliezen. Bang dat haar iets overkomt. Klaus kan ik wel zijn gang laten gaan. Maar, Jade kan ik niet alleen laten. En ze wordt steeds ouder en ouder, ik weet echt niet wat ik moet doen."

Ik gluurde naar mijn moeder maar ze zat met haar rug naar me toe, waardoor ik haar gezichtsuitdrukking niet kon zien. Maar ze klonk verdrietig en ik wilde haar troosten. Maar haar vriendin was me voor.

"Je weet dat ik haar krachten tijdelijk kan uitzetten. Ik weet dat je het niet van me wilt vragen, en dat je Jade het niet aan wilt doen. Maar, misschien is dit de enige manier op dit moment. Het aanbod blijft in ieder geval open."

"Volgens mij luistert ze mee. We praten wel een andere keer verder."

Met de droom nog in mijn hoofd, loop ik door de school. Liam heeft mijn hand vast en kijkt trots om zich heen. Mason komt naast ons lopen en ik begroet hem met een glimlach.

"Ik voel me wel echt een derde wiel jongens," zegt Mason met een knipoog. "We moeten echt even uit, om iemand voor mij te vinden."

Liam en ik rollen allebei met onze ogen en we lopen het lokaal binnen. Het eerste uur is gelukkig de toets, dan zijn we er maar vanaf. De toets valt mee en is niet al te moeilijk. Nu maar hopen op een goed cijfer.

De dag verloopt voor de rest normaal, maar dat verandert als ik thuis kom. Er ligt namelijk een briefje op de tafel.

'Kom naar het park om 4 uur.'

Ik gluur naar de klok en zie dat het 5 voor 4 is. Ik herken vaag het handschrift en na twijfelen wint mijn nieuwsgierigheid het. Ik trek mijn jas en schoenen weer aan en sprint naar het park.

Er staat een man met zijn rug naar me toe en ik weet gelijk wie het is. Ik ren naar hem toe en sla mijn armen om hem heen. "Ik heb je gemist!"

Hij schrikt op en draait zich een beetje. Hij geeft me een ongemakkelijk klopje op mijn rug en duwt me een beetje uit de omhelzing. Ik kan hem nu beter zien en ik zie nu ook dus zijn gezicht.

Hij ziet er verschrikkelijk uit. Zijn ogen zijn helemaal rood. Hij heeft zich niet geschoren en hij heeft wond op zijn wang. Ik herken hem amper, is dit echt mijn oom?

Ik reik naar de wond op zijn wang, maar hij trekt zich snel weg. "Wat is er met je gebeurd?"

Zijn ogen worden glazig en hij kijkt me niet aan in mijn ogen. "Jade, het spijt me. Ik had dit niet moeten doen. Ik had hier niet mogen komen, maar ik moest je even zien. En ik moet je iets heel belangrijks vertellen." De woorden komen er in één zucht uit.

"Rustig aan. Leg het allemaal even rustig uit, want ik volg het niet meer."

Hij legt zijn handen op mijn schouders. "Ze zijn naar je op zoek, Jade. De raad. Ik heb ze geprobeerd tegen te houden, maar het is me niet gelukt. Jade, je moet hier weg. Je moet weg uit Beacon Hills. Vlucht en kijk niet meer om. Het is hier zó gevaarlijk en ik wil dat je veilig bent."

Ik duw zijn handen weg en kijk hem vragend aan. "Ik heb geen idee waar je het overhebt. Ik ben veilig hier. Ik heb mijn vrienden en ze zullen me beschermen. Ik hoor bij een roedel, die zullen me echt niet laten vallen."

"Jade, je hebt geen idee waarmee je te maken krijgt. Ze weten al waar je bent en je kunt nu alleen nog maar vluchten. Rennen, rennen en nog eens rennen. Deze roedel van je is hier niet tegen opgewassen. Een True Alfa. Geloof me, zelfs hij kan niet tegen hen." Hij kijkt angstig om zich heen. "Denk niet te lang na, Jade. Ik moet gaan. Vergeet mijn woorden niet en kijk uit met wie je vertrouwt." Hij drukt een kus op mijn voorhoofd en verdwijnt.

Ik sta nog een tijdje stil en draai me vervolgens om, om naar huis te gaan. Beduusd van zijn woorden die ik niet uit mijn hoofd kan zetten.

Weer die verdomde raad. Wat is dat in vredesnaam?

The Hunter - Liam DunbarWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu