Hoofdstuk 45

774 58 13
                                    

Ava

Ik word wakker van de zonnenstralen in mijn gezicht.  Ik kijk wazig om mij heen en zie dat ik tegen Laurens aan in slaap ben gevallen. Mijn hoofd ligt op zijn schouder. En het vreemde is, het voelt fijn. Maar ik heb Jackson. Jackson is mijn mate.

Ik merk dat Laurens nog aan het slapen is. Voorzichtig ga ik van hem af en ga met mijn hand door mijn haren. Ik kijk naar buiten en ik zie dat we bij een bosrand zijn. Ik doe zachtjes de auto deur open en stap uit. Als ik de deur weer zachtjes dicht doe kijk ik om me heen. Ik heb geen idee waar we zijn, hoever we nog moeten rijden en hoelaat het is. Ik hoop dat niemand door heeft dat we weg zijn.

Ik hoor wat geritsel in het bos. Ik kijk om en snuffel in de lucht. Maar de wind staat de verkeerde kant op. 'Hallo? Is daar iemand?' Ik hoor weer wat geritsel. Ik probeer te zien wat er is maar het bos is te dicht begroeit. Ik kijk even naar de auto en dan naar het bos. Een paar seconden weg kan vast geen kwaad.

Ik loop voorzichtig het bos in. Ik kijk om me heen en zoek naar de oorzaak van het geluid. 'Ben jij Ava?' Mindlinkt iemand mij opeens. 'Ja...dat klopt. Wie ben jij?' 'Mijn naam is Lela.' 'En waarom laat je jezelf niet zien Lela?' 'Dat mag niet van papa. Ik mag hier eigelijk niet eens zijn.' Ik ga op de grond zitten en kijk om me heen. 'Ik doe je niks. En zal niks tegen je vader zeggen.'

Ik zie van mij rechts een wolven pup uit de bosjes lopen. Ze is zo cute. Ik draai me naar haar toe. 'Hey kleine meid.' Glimlach ik naar haar en steek mijn hand naar haar uit.  Ze snuffelt er voorzichtig aan en komt dan dichterbij zodat ik haar kan aaien.

'Wat ben jij een mooi wolfje.' Ze kwispelt zachtjes. 'Heel mijn familie is wolf. Mijn ouders voelen zicht kwetsbaar als ze mens zijn.' 'Slimme ouders heb je. Maar waarom ben je hier en niet veilig bij je pack? En...hoe weet je wie ik ben?' 'Er kamperen hier wel vaker mensen. Dan hebben ze vaak een doos bij die geluid maakt. Ik hoorde jou stem er uit komen. Vertellen dat jij de nieuwe Luna word.' 'Nou....dat heb ik nooit gezegt....Ik wilde gewoon dat Alfa Jax...stopte met regeren.' Zeg ik terwijl ik haar blijf aaien. 'En is dat gelukt?' 'Niet zoals ik wilde...en nu heb ik een nieuw probleem. Een nieuwe Alfa die een nog grotere klootzak is.' 'Klootzak? Wat is dat?' Goed bezig Ava. Zoals altijd. 'Uhm...iemand die stom is. Maar zeg maar niet tegen iemand dat je dat van mij hebt.' 'Ow...oke.'

Opeens gaat Lela speels staan. 'Spelen?' Ik kijk naar de richting waar de auto staat. 'Heel even dan.' Zeg ik en verander in mijn wolf. Ze kwispelt en rent speels weg. Ik ren haar speels achterna. Ik ren niet op mijn hardst. Anders had ik haar al lang in mijn poten.

Maar toch kom ik steeds dichterbij. Ik heb haar bijna....

Opeens word ik getackeld door een grote zwarte wolf. Hij bijt in mijn poot tot ik stil op de grond lig. Het doet zo'n pijn. Ik probeer me te verzetten maar het lukt niet. Ik piep en smeek om genade. Maar in mijn achterhoofd weet ik dat dit het einde is.

'PAPA STOP!' Hoor ik Lela mindlinken. De zwarte wolf laat me los en kijkt op als Lela naar ons toe rent. 'Klootzak!' Mindlinkt ze boos. Verbaasd kijkt de zwarte wolf haar aan. Oeps... 'Ze is lief. We waren alleen aan het spelen.' De zwarte wolf die nog steeds over mij heen staat kijkt me aan. 'Wie ben jij en wat doe je hier!?' 'I-ik ben Ava. Ik ben samen met een vriend opweg naar Zaxian.' Hij stopt met grommen en besnuffeld mij. 'Dochter van Scott White Moon.' Ik knik. 'Mijn naam is Marcus. Waarom ga je naar die giftige stad van Zaxian?' 'Ik moet Alfa Mats stoppen. Door hem zijn alle mensen dood.' 'Nee. Dat zijn ze niet.' Zegt hij en stapt van mij af. 'Mats heeft het snel terug gedraait toen hij er achterkwam dat het een groot zwart gat zou worden. Alleen een paar dorpen zijn afgelsacht.' Ik kijk hem met grote ogen aan en verander terug en ga zitten. Een opluchting giert door mij heen. Danku maangodin.

'Gelukkig. Nu moeten we alleen nog maar af van Mats en dan is alles weer goed.' Zeg ik tevreden. 'Nee dat is het niet.' Mindlinkt Marcus en schud zijn hoofd. 'Wij weerwolven horen niet thuis in die wereld. De mensen zijn er nog niet klaar te veranderen voor ons. Hun wereld met ons te delen. Zeker niet na wat er is gebeurd.' 'Dus...alle weerwolven moeten weg uit de stad?' 'Alle weerwolven moeten naar huis. De natuur. Ik weet dat jij hier ook niets liever dan hier wil zijn.' Ik kijk om me heen.

Hij heeft gelijk.

Ik kijk Marcus aan. 'Danku. Ik zal er voor zorgen dat er vrede komt. Voor weerwolf en mens.' Hij knikt. Lela loopt naar mij toe en ik geef haar nog een aai. 'Niet meer weglopen oke? Dan kom ik je snel weer opzoeken. Ze kwispelt en knikt. Ik ga staan en klop het zand van mijn kleren af. Ik zie dat mijn arm snel heelt. 'Ava.' Ik kijk naar Marcus die een stap naar mij toe zet. 'Alle weerwolven kijken tegen je op. Jij moet ons leiden. Onze Luna.' Ik glimlach zachtjes. 'Ik zal er voor zorgen dat we veilig zijn. Dankuwel voor de wijsheid.' Hij knikt. Dan loop ik terug naar de auto.

Ik zie Laurens onrustig bij de auto staan. Als hij mij ziet aanlopen loopt hij meteen naar me toe. 'Waar was je? Wat is er gebeurd? Wie heeft je pijn gedaan? Ben je Evilanten tegen gekomen?' Ratelt Laurens door. 'Laurens rustig.' Zeg ik en ga met mijn hand langs zijn arm. Meteen is hij stil 'Ik....was de weg kwijt. Maar nu weet ik wat er te doen staat.' Zeg ik zelfverzekerd.

Laurens pakt voorzichtig mijn hand vast en kijkt er naar. Mijn hart begint sneller te kloppen en ik word nerveus van. Wat doet hij met me? 'Ik weet het ook.' Zegt hij en kijkt me aan. Ik bijt op mijn lip.

'Ik zal de gene zijn die Mats zal vermoorden.' Wow, wat?!

Hey, hey, nieuw hoofdstuk! Ik hoop dat jullie het verhaal nog leuk vinden.

Er gaan nog wat dingen gebeuren. Maar langzaam maar zeker komt het einde in zicht.  ^^

Ava #Netties2017Where stories live. Discover now