Hoofdstuk 8.2

150 24 5
                                    


'Dan gaan we aan de slag,' zegt ze. 'Er is geen tijd meer te verliezen.' Gaby rommelt in haar tas. 'Ik heb een pen om mee te schrijven.'

'Ik had niet anders verwacht van de journalist in ons midden,' zegt Daila met een grijns.

Dante pakt de pen aan en legt de flyer op zijn schoot neer. 'Jij bent journalist?' vraagt hij aan Gaby.

De geadresseerde maakt een bevestigend geluid. 'Waarom?'

Hij haalt zijn schouders op. 'Ik vind het wel heel typisch,' zegt hij. Al snel voegt hij eraan toe: 'Ik bedoelde er niets negatiefs mee, maar ik vind het wel bij je passen.'

Gaby weet niet hoe ze dat moet opvatten. Ze fronst. 'Bedankt, denk ik.'

Dante weet wanneer hij moet stoppen met praten en daarom richt hij zich op het raadsel voor hem. Nu komt het erop aan; hij moet bewijzen wat hij waard is.

'Niet schrijven!' Gaby gilt bijna.

Dante bevriest. Hij had de pen al ingeklikt en zijn hand hangt nog boven het papier als hij zich langzaam terugtrekt. 'Waarom niet?'

'Misschien hebben we de flyer nog nodig in zijn originele staat,' verduidelijkt Daila. Haar toon is een stuk kalmer dan die van Gaby en dat vertelt Dante dat het niet het einde van de wereld is dat hij probeerde te schrijven op het vel glad papier. 'Ik heb een schrift,' gaat ze verder, en ze rommelt in haar tas om het te pakken.

Dante krijgt het in zijn handen gedrukt en slaat het open. 'Het staat vol met tekeningen,' merkt Dante op.

'Ik zou het "schetsen" noemen,' zegt Daila.

'Ben jij tekenaar?' vraagt hij met één wenkbrauw opgetrokken.

'Architect,' verbetert Daila hem. 'Dit zijn schetsen van projecten waar ik mee bezig ben.' En voordat hij iets kan zeggen, voegt ze er nog aan toe: 'Niet over de tekeningen schrijven.'

'Dat was ik niet van plan.' Zijn ogen zijn gericht op de potloodstreken op het papier en de beelden die ze vormen. Het zijn echte kunstwerken die niet thuishoren in een kladschrift, maar op een muur. De wens om goed te kunnen tekenen overvalt hem opnieuw als hij Daila's schetsen aanschouwt.

'Heb je het gezien?' vraagt Gaby.

'Gaby...' begint Daila. Haar toon zegt meer dan genoeg.

Gaby schiet in de verdediging. 'Ik wil alleen maar zeggen dat we genoeg andere dingen te doen hebben.'

Voordat de situatie nog uit de hand kan lopen, bladert Dante demonstratief door de pagina's om uiteindelijk bij een lege pagina te belanden. 'Ik ben er klaar voor, hoor.'

Gaby zet een tevreden lach op haar gezicht. 'Mooi.' Ze komt dichterbij en pakt de flyer van Dante om de tekst nog een keer goed in haar op te nemen.

'Moet Matthijs hier eigenlijk niet bij zijn?' vraagt Dante dan.

Daila schudt meteen haar hoofd.

'Liever niet,' beaamt Gaby.

'We kunnen het vast wel zonder hem,' voegt Daila toe.

Dante fronst. 'Er moet toch een reden zijn dat Elliot ons naar hem heeft gestuurd? En ik heb die man nog helemaal niet ontmoet.'

'Dat wil je niet,' zegt Gaby.

'Het is nogal een vreemd figuur,' bevestigt Daila.

Deze woorden versterkt de frons op Dante's gezicht alleen maar. 'Is het zo erg?'

Daila kijkt naar Gaby en zij hebben allebei moeite om hun gevoel bij Matthijs in woorden uit te drukken. 'Hij is alleen...' begint Daila.

'Niet zo goed in zijn hoofd,' zegt Gaby.

Daila's mond valt open. 'Gaby, dat kan je niet zeggen!'

'Waarom?' vraagt Dante. Voor hem is het moeilijk om een beeld te vormen bij de vreemdeling, maar hij had gehoopt hem vandaag te kunnen zien. 'En als we hem nodig hebben–'

'Als we hem nodig hebben, bellen we hem wel,' zegt Gaby. Ze negeert Daila's woorden; ze weet dat zij en haar vriendin het niet vaak eens zijn, maar dat hoeft niet altijd tot een discussie te leiden. 'Laten we eerst dit uitvogelen.'

'Maar wat is er dan met hem?' vraagt Dante, deze keer nog dringender dan de vorige keren. 'Waarom doen jullie zo raar?'

Daila bijt op haar lip en gluurt naar Gaby. Die zegt niets, dus neemt ze zelf het woord. 'Matthijs is gewoon een vreemde verschijning,' zegt ze. 'Hij gedroeg zich vreemd, hij ziet er vreemd uit... Dat is het.'

Een enkele wenkbrauw schiet omhoog. 'Alleen vreemd?' Het lijkt erop dat Dante meer heeft gemist dan hij verwacht had.

'Hij droeg heel stoffige kleding,' voegt Gaby toe. 'En hij stonk.'

'Naar alcohol,' verduidelijkt Daila. 'En een ander luchtje dat ik niet kon plaatsen.'

'De geur was heel sterk.'

'Er zaten allemaal zwarte vegen op zijn gezicht waarvan ik niet weet hoe hij eraan kwam.'

'Hij zag er een beetje uit als een zwerver,' zegt Gaby naar waarheid.

'Die klitten in zijn grijze haar hielpen in ieder geval niet.'

'En die stoffige jas! Het zou me niet verbazen als hij die net uit de vuilnisbak had gehaald voordat hij het café in liep.'

Dante komt tussenbeide. 'Is dit niet heel overdreven?' vraagt hij.

De twee schudden hun hoofd tegelijk. 'Je hebt hem niet gezien, maar het is echt zo.'

'Maar als hij er alleen maar vreemd uitziet–'

'We waren nog niet klaar,' zegt Gaby.

'We zouden het er uren over kunnen hebben, maar dat doen we liever niet,' zegt Daila.

'Het was echt een griezel,' zegt Gaby.

Dante fronst. 'Dus ik zou hem niet willen ontmoeten?'

Weer schudden ze allebei hun hoofd. 'Hij doet ook weinig,' voegt Gaby eraan toe. 'Aan de zoektocht zal hij niet veel bijdragen in ieder geval.'

'Hij sjokt een beetje mee,' zegt Daila. 'Loopt achter je, en soms hoor je hem heel hard snuiven. Hij heeft een paar vreemde tics of zo.'

Dantes wenkbrauwen gaan omhoog, maar hij zegt niets meer over het onderwerp. 'Laten we dan maar teruggaan naar het raadsel.' Zijn blik gaat weer naar het glimmende papier met de woorden erop.

'We moeten de code oplossen,' zegt Gaby. 'Zo simpel is het.'

'Weet jij al wat het is, dan?' vraagt Dante.

'Het heeft vier cijfers...' Maar nee, verder komt ze niet. 'Jij wist toch wat dit zou moeten zijn?'

'Ik heb meer tijd nodig,' zegt Dante alleen maar. Hij kan nog niet toegeven dat hij niet weet wat hij met het raadsel aan moet, maar hij pakt Daila's schrift weer voor zich en schrijft het raadsel over.

'En jij, Daila?' vraagt Gaby. Haar vriendin heeft meer wiskundige kennis dan zijzelf, dus ze heeft de hoop op een oplossing nog lang niet opgegeven.

'Ik moet er even goed naar kijken,' zegt ze dan. Op hetzelfde moment maakt haar telefoon echter een geluidje en is haar aandacht voor de code alweer verdwenen. Er volgt al snel een tweede bericht.

Kyle (14.49)
Je bent zo stil

(14.50)
Ik wacht nog steeds op antwoord

Daila zucht en kijkt opzij, maar het gezelschap heeft niet door wie de berichten naar haar heeft gestuurd – sterker nog, ze letten helemaal niet meer op haar. Dus besluit ze een kort berichtje terug te sturen. Blijkbaar was het gesprek dat ze gisteravond uitgewisseld hadden niet genoeg geweest om voor eens en altijd van hem af te komen.

Daila (14.50)
Ik heb niets te zeggen.

Voordat hij iets terug kan sturen, zet Daila haar telefoon uit.

Elliot | WATTY WINNAAR 2020Where stories live. Discover now