Hoofdstuk 5, mijn ontsnapping.

125 2 0
                                    

Daarna heb ik haar nog een keer gezien, ze lag in de ziekenzaal en ik mocht haar even opzoeken van de dokter. Een tijd later heb ik van iemand gehoord dat ze overleden is, ik heb geen afscheid kunnen nemen of zelfs haar mooi kunnen begraven. Ze is in een massagraf gegooid en toen met alle anderen verbrand. Enkele vrouwen van onze zaal waren al bezweken aan het weinige eten en het vele werken, andere werden ziek en zijn nooit meer beter geworden. Petra en ik waren geestelijk in topconditie, maar lichamelijk waren we niet wie we ooit geweest waren.

Toen er een tweede bombardement was geweest hadden we een trap begraven, binnenkort zou het kerst zijn en we verwachtte dat dat uitgebreid gevierd zou worden. Op een avond ging Petra met een van die mannen naar bed, vrijwillig. En heeft zo sleutels weten te bemachtigen, we hadden grootse plannen.

Ik kroop mijn bed in en keek nog een keer rond, het was de dag voor kerstavond. We hadden alles gepland en het zou zeker weten lukken, het enige probleem zou zijn om door de grote deur te komen. Maar zodra dat gelukt was, was het vrij spel.

Toen het stil was kropen we uit ons bed, ik hing met mijn arm half uit het kleine raampje en stak de sleutel in het slot. Moeizaam ging die open en ik zag mannen verschrikt opkijken, ik deed net of ik iemand riep en ze besloten daar genoegen mee te nemen. We deden de deur weer op slot en gingen toen op onze knieën onder alle ramen door. We kwamen langs de ziekenzaal en hoorde 2 mannen praten, ze klonken niet helder meer dus besloten we een gokje te wagen. We stonden op en renden toen langs de deur de hoek om, we opende de grote poort die met een klap dichtviel. We slopen langs het kantoor en zagen alle mannen dronken over de tafel hangen, op de grond lagen minimaal 10 flessen wijn en er zaten niet veel mannen. 'Zeker allemaal naar huis met de kerst,' fluisterde Petra boos, ik knikte zachtjes en begon te rennen. We renden door het licht, maar ook daar was niemand die ons kon tegenhouden. In het donker was onze ladder moeilijk te vinden maar uiteindelijk lukte het, we lagen hem op het kleine randje maar hij begon gevaarlijk te wankelen. 'We moeten over die rand klimmen,' fluisterde Petra weer 'ik ga wel eerst.'

Ze hield zich vast aan de stenen muur terwijl ze voetje voor voetje bij het einde kwam. Ze ging op de muur zitten en keek me aan, 'kom op, schiet op! Dadelijk komt er iemand.’

Ik deed voorzichtig hetzelfde en stond al snel naast haar, toen ik naar beneden keek zag ik dat er enkel water onder ons lag. 'Kun je zwemmen?' Vroeg Petra, terwijl ze zich afzette en ik een plons hoorde. 'Wat was dat?'

Ik zag een lichtje op mij afkomen en zette mezelf af. 'Duiken!'

Snel doken we allebei onder water en toen we boven kwamen waren de mannen weg.

We klommen de kant op en renden het weiland over, ik struikelde over een tak en ik vloekte zacht. Petra stak haar hand uit en snel stond ik op, we konden het beste zo lang mogelijk blijven rennen. We zagen in de verte een huisje opdoemen, geschrokken keken we elkaar aan, 'we moeten er ongezien voorbij komen.’

Toen we in een klein dorpje aankwamen waren de straten verdacht leeg, we zagen in de verte een kerk en we begonnen nog harder te rennen. Helemaal kapot kwamen we aan bij de poort van de kerk, met een luide echo bonkte ik op de deur. 'Ja?' Zei een vrouw met een Belgisch accent, ik kreeg tranen in mijn ogen en begon te huilen, 'alstublieft mevrouw, help ons, help ons alstublieft.’

Snel gingen de deuren open en een fel licht scheen op ons, 'kom snel binnen!'

We kropen naar binnen en gingen tegen de muur aanzitten, 'kom mee, naar de woonkamer. En vertel, vertel alles.’

Doodmoe gingen we op de bank zitten, maar toen de kaarsen aangingen en ze onze pakken zagen wisten ze genoeg. 'Ik haal nieuwe kleren voor jullie, wacht hier.’

De vrouw verdween door de deur en bang keek ik opzij. 'Wat nou als ze terug komt met Duitsers? Dan krijgen we de doodstraf, minimaal. Levenslange fol-,’ de deur ging open en de vrouw kwam terug met 2 pyjama’s. 'Morgen krijgen jullie net als ons,’ ze wees naar een foto waar allemaal nonnen opstonden. 'Zo'n pak, dan zijn jullie onherkenbaar. Kleed jullie snel om en gooi dat pak in de open haard, ik zal hem snel aansteken. En schiet alsjeblieft op, als ze hier komen moeten jullie je gedragen zoals ons. Jullie zijn de eerste die, die het overleefd hebben.’

We kleedden ons zo snel mogelijk aan en gooide onze pakken in de open haard.

We gingen op de bank zitten en keken naar de vrouw tegenover ons, plotseling ging de deur open en stapte er iemand binnen. We verstijfden allebei, maar de vrouw zei dat het goed was en dat diegene verder mocht komen. Een jong meisje stapte binnen en zette een pot thee voor onze neus, ook werden er boterhammen op tafel gezet. 'Eet,’ gretig pakte we zoveel we konden.

'Het spijt me voor mijn manieren,' de vrouw glimlachte lief en keek ons aan. 'Ik snap het, jullie zullen het niet al te best hebben gehad daar,' ik schudde snel van mee en voelde tranen prikken achter mijn ogen. Ik knipperde ze weg en keek naar het vuur, 'Kijk!'

Ik wees naar het vuur en sprong op, 'onze pakken zijn verbrand!'

De vrouw vertelde dat wij pakken hadden gekregen die makkelijk te verbranden waren, omdat dat makkelijk was in het graf. 'Ik ben trouwens marie-Eloise,' ik gaf haar een hand en zei toen zachtjes, 'ik ben Sanne'.

Ook Petra stelde zich netjes voor, 'jullie zullen best wel een lekker bed willen, ik zal voor vannacht mijn tweepersoonsbed afstaan als jullie het niet erg vinden om met z'n tweeën in een bed te liggen. Morgen krijgen jullie een kamer met zijn twee, misschien is dat wel fijn. Maar dan hoeven jullie nu niet te wachten.'

Langzaam liepen we achter haar aan en bang keek ik rond toen het licht nog niet aan was, 'jullie mogen geen licht aandoen, ik geef jullie een kaars met lucifers. Meer mag er niet aan 's avonds, anders vallen ze binnen.'

 Ik ging in bed liggen en kreunde van genot, ‘ik voel geen hout meer en het matras. Wauw! De dekens zijn zo zacht en warm,' lachend kroop Petra naast mij in bed en niet snel viel ik in slaap.

Toen ik wakker werd keek ik met een tevreden gevoel rond, ik zag dat het bed naast mij leeg was, snel stond ik op. Ik opende de deur en kwam in een grote gang, ik rook de geur van eten en volgde toen mijn neus. Ik opende een deur en zag twee vrouwen hard bezig met het ontbijt klaar maken, 'ah mevrouw, u moet bij de volgende deur rechts zijn.'

Ik liep door en liep toen de woonkamer weer in, 'goedemorgen,' kwam er uit twee monden. Ik ging zachtjes op de bank zitten, 'ik wil u zo erg bedanken, ik wil zo graag weer naar huis dus ik zal u niet langer lastig vallen.' De vrouw keek geschrokken naar mij en schudde toen snel van nee, 'je kunt beter hier blijven tot de oorlog voorbij is, als ze je vinden krijg je de doodstraf. Hier mogen ze niet naar binnen, en met zo'n pak ben je onherkenbaar. Ik hoor niet bij de Duitsers daar hoef je niet bang voor te zijn, ze zijn zich al aan het klaar maken voor een aanval. Het duurt niet lang tot het Duitse leger valt, en als dat gebeurd kan je naar huis.'

Ik slikte en keek toen met tranen in mijn ogen naar die vrouw, 'ik heb geen eens een huis.'

Petra stelde voor dat ik bij haar en haar dochter ging wonen, ik zei dat ik het nog niet wist en ik zou kijken als de oorlog eindelijk voorbij zou zijn.

Mijn ontsnappingWhere stories live. Discover now