51. Voorbij

32 8 20
                                    

'Mara

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.

'Mara.'

Zijn stem was niet meer dan een schorre fluistering. Hij hoorde hoe Kat achter hem naar adem hapte. Als verstijfd bleef hij staan.

Nee. Dat kon niet waar zijn.

Hij wist zich los te scheuren van de deuren van de troonzaal, en strompelde op haar af. Elke stap deed pijn. De wereld draaide om hem heen.

Hij merkte het nauwelijks.

'Mara.' zei hij nog eens.

Bloed drupte op de witte vloer. Het geluid doorboorde de akelige stilte. Zijn blik gleed naar het bebloede zwaard dat naast haar lag.

Een koninklijk zwaard, met het symbool van Ravendal op het gevest. De zilveren raaf glom in het licht, en de inktzwarte ogen staarden hem kil aan.

Het was alsof een ijzige klauw zich om Nox' keel wikkelde. Ademen werd haast onmogelijk. Hij liet zich op zijn knieën naast haar vallen.

Ze hield haar handen tegen de bloedende wond in haar zij, maar het bloed stroomde er genadeloos langs. De plas werd groter. Ze werd met de seconde bleker. Ze hapte naar adem bij de pijn die haar doorboorde.

Ze slikte.

En glimlachte.

'Ik had iets zuiniger moeten zijn op dat nieuwe hart, nietwaar?'

'Nee.' fluisterde hij. 'Het komt goed. Je gaat dit overleven. Kat kan je helpen. Toch, Kat?' Hij keek om. Kat boog haar hoofd en vouwde haar handen over haar helrode rok.

'Kat?' drong hij aan. Zijn stem trilde.

Kat zweeg.

'Nox...' Mara sloot haar ogen. Haar adem stokte kort. Toen ze haar ogen opende zag hij de vastberadenheid in haar blik, en hij wist wat ze bedoelde. Hij wist dat hij haar moest laten gaan.

Hij schudde zijn hoofd, machteloos. Hij kon haar niet aanraken. Dan zou ze verloren zijn. Hij keek op, naar Kat. Tranen brandden in zijn inktzwarte ogen. Hij wist net zo goed dat dit haar einde was. Maar hij kon het niet geloven.

Hij kon haar niet laten gaan.

'Nee. Mara... Er moet een manier zijn om...'

'Nee.' fluisterde Kat. Ze wendde haar blik af. Weigerde de wanhoop in zijn ogen te confronteren.

Hij stond op, zijn vuisten gebald. Hij trilde. Wankelde. Zijn hele wereld wankelde. Hij zocht naar Kats blik, maar ze keek hem niet aan.

'Kunnen we niet dezelfde spreuk doen als eerder? Ik kan een hart halen. We hebben het eerder gedaan. Ik kan-'

'De spreuk kan maar één keer uitgevoerd worden.' fluisterde Kat. Ze keek op. Haar blauwe ogen vulden zich met tranen, en hoewel haar lippen de woorden 'het spijt me' vormden, kwam er geen enkel geluid uit haar mond.

'Maar... Er moet toch...' zijn stem stierf weg. Hij richtte zijn blik op Mara. Haar gezicht vertrok van de pijn, maar haar smaragdgroene ogen, waar hij in de afgelopen weken zo van was gaan houden, waren nog net zo vastberaden, net zo zonder twijfel, als altijd.

'Ik ga dood, Nox.'

Hij kromp ineen. De woorden deden maakten dat het voelde alsof hij uiteen gerukt werd. Alsof een monster hem aan stukken scheurde. Maar dat gebeurde niet. Hij leefde nog.

Hij wel.

'Nee.' Hij knielde bij haar neer. 'Nee. Mara-'

Ze greep zijn pols.

Hij hapte naar adem. Verbijsterd keek hij toe. Waar was ze mee bezig?

Hij zou haar doden.

Hij probeerde zich los te rukken, maar ze hield hem te stevig vast. Haar prachtige ogen vulden zich met tranen.

'Kus me.'

'Wat?' Zijn tranen drupten op haar hand. Hij kneep zijn ogen dicht. Wilde dit alles negeren. Ze zou niet doodgaan. Ze zou leven.

Maar dat was niet zo. Iedereen zag het.

'Kus me, Nox.'

Hij staarde haar aan. Bestudeerde alles aan haar. Haar spitse neus, haar goudkleurige haren. En haar ogen.

Haar ogen wilde hij nooit vergeten.

En toen, heel voorzichtig, nam hij haar in zijn armen. Haar huid streelde langs de zijne. Hij staarde haar aan. Nog nooit had hij zich zo gevoeld. Demonen voelden niet. Het waren harteloze monsters, die geen genegenheid, liefde of ook maar blijdschap zouden tonen. Maar Mara vernietigde hem. Ze maakte emoties in hem los waarvan hij niet wist dat hij in zich had. En hoewel hij het niet had verwacht, genoot hij ervan.

Maar het was te kort. Het was veel te kort.

Hij duwde zijn lippen op de hare. Hij rook haar geur. Ze rook naar het bos. Naar bladeren, kruiden. En thee. Mara's thee, waarvan hij de smaak nooit meer zou proeven. Haar zachte lippen tegen de zijne was iets waar hij al die tijd naar gehunkerd had, wetende dat het onmogelijk was. Hij had er naar verlangd om haar huid tegen de zijne te voelen.

Maar niet op deze manier. Niet zo.

Hij hield haar stevig was, bang dat ze zou verdwijnen als hij losliet. Hun tranen vermengden zich.

Dit zou hun laatste kus zijn. Daarna zou het voorbij zijn.

Dat besef was als een messteek.

Haar hand streelde zijn nek, een troostend gebaar. Ze glimlachte tegen zijn lippen aan. Er lag een ondeugende twinkeling in haar ogen, en even, een enkele seconde, voelde het alsof alles normaal was. Alsof Mara niet stervende was, en zijn aanraking niet dodelijk was.

Het strelen stopte.

De twinkeling in haar ogen verdween, en het heldere, energieke groen van haar iris kreeg een doffe glans. Nox bleef haar vasthouden, zijn ogen gesloten. Zijn lichaam schokte heen en weer. Nee. Dit kon niet waar zijn. Ze kon niet sterven.

Een laatste traan gleed over haar wang naar beneden, en drupte op zijn hand. Hij keek toe hoe de traan zich vermengde met het stollende bloed op de paleisvloer. Zijn adem stokte in zijn keel.

Ze was dood.

Ze was dood

Oops! This image does not follow our content guidelines. To continue publishing, please remove it or upload a different image.
How to kill a king | DUTCHWhere stories live. Discover now