deel 7

6 0 0
                                    

Mystery

Ik zag dat Mystic het moeilijk had, de regen maakte onze depressieve gevoelens er ook niet beter op. Regen was deprimerend. De grauwe, grijze lucht liet de regen met grote hoeveelheden uit de hemel vallen. Vreemd genoeg pakte Mystic het schrift weer, een heel klein, nauwelijks zichtbaar glimlachje verscheen op haar gezicht. Ik vroeg me af waarom ze lachte. Het was dan wel nauwelijks zichtbaar, ik zag het meteen. Zeker omdat we allebei zo depressief waren. Ik besloot haar maar gewoon te laten en pakte zelf ook het schrift weer. Ik sloot mijn ogen en begon te tekenen. Toen ik mijn ogen opende, zag ik een tekening die eng goed gelukt was. "Ik ga naar buiten," zei Mystic, ik keek haar verbaasd aan. Het regende ongelooflijk hard nu, het had nog nooit zo hard geregend in ons dorp. "Je bent hartstikke gek," zei ik terug, ik ging weer verder met mijn tekening. Ik vergat alles om me heen. Lemon kwam de kamer binnen. "Wat gaat Mystic doen?" vraagt hij verbaasd. "Naar buiten," zei ik, op een toon waarin duidelijk doorklonk dat ik Mystic hartstikke gek vond.

Na een uur was Mystic nog steeds niet terug, ik begon me ongerust te maken. Ze was de enige - op Lemon na - die ik nog had. Ik wilde haar niet ook nog verliezen. Lemon kwam naast me zitten, hij sloeg zijn arm troostend en geruststellend om me heen. Ik voelde dat ook hij zich zorgen maakte. Ik begon weer te huilen, ik wilde me niet meer groot houden. Ik kon het niet meer. Alles werd me te veel nu, het enige wat ik wilde, was dat Mystic terug zou komen. Maar een uur later was ze er nog niet, ik huilde mezelf in slaap. Ik moest toegeven dat ik ontzettend moe was. We hadden tenslotte bijna niet geslapen vannacht.

Toen ik wakker werd, lag Lemon naast me. Mystic lag aan de andere kant van de kamer. Ze sliep, dat dacht ik in ieder geval. Ze zag er anders uit, ik zag het. Maar ik wist niet wat er veranderd was. Ik probeerde erachter te komen, maar ik zag niets wat veranderd was. Maar toch zag ze er anders uit, ik kon het maar niet plaatsen. Ze werd wakker en keek me slaperig aan. "Is er iets?" vroeg ze, ik schudde mijn hoofd. "Niet liegen Myst," zei ze, ik zuchtte. Waarom had ze me altijd meteen door? "Je ziet er anders uit," fluisterde ik toen. "Nee, jij ziet er anders uit," verbeterde ze me. Vragend keek ik haar aan. Ik begreep er niets van. "Je bent verliefd, op Lemon. Daarom zie IK er anders uit voor jou," zei ze, ik snapte het nog steeds niet. "Liefde maakt blind, dat is niet voor niets het spreekwoord. Het betekent dat, als je verliefd bent, dat je alles om je heen anders gaat zien," legde ze uit, ik knikte even. Veel snapte ik er nog steeds niet van, maar ik had geen zin in nog meer uitleg.

Gevangen in verdrietWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu