Hoofdstuk 4

356 3 2
                                    

YO! Ik ben niet heel creatief, dus ik moet wat credit geven aan de bijbel, en wel voor de volgende namen:

Cherub (o.a. Ex. 25:17-20, Num. 7:86), Seraf (o.a. Jes. 6:2,3,6,7), aartsengel (1 Tess. 4:16 & Jud. 1:9). Eerlijk is eerlijk, ik heb de defintie van een cherub wel een beetje gewijzigd. Maarja.

--------  

Toen ik in de nacht van zondag op maandag, ergens rond half één, met Shakespeare door het bos achter ons huis liep voelde ik me raar en bekeken. Het lag niet aan het bos, toen ik door het park voor het bos liep had ik ook al zo’n gek gevoel. De fontein, gevormd als een jonge vrouw, leek ineens levensechte, bewegende ogen te hebben en de rozenhagen leken me expres geprikt te hebben. Zelfs de kersenbomen roken niet zo onschuldig als ze normaal deden.

   Het was stikdonker maar ik had een zaklamp op mijn hand met een houder die daar speciaal voor gemaakt was. Ik kon niet slapen maar had vreemd genoeg helemaal geen zin om uit te gaan. De lol ging daar snel vanaf en ik had er geen behoefte meer aan sinds Brandon.

   We liepen heel ver het bos in tot de bomen zo dicht op elkaar stonden dat ik de maan niet meer kon zien. Het maakte me niet uit, ik was niet bang voor het donker. En toch lukte het me niet dat irritante gevoel af te schudden.

   Opeens hoorde ik gepiep vanaf de grond. Ik stopte met lopen, hield Shakespeare kort en spitste mijn oren. Gepiep als van een klein vogeltje. Instinct waarvan ik niet wist dat ik het had, instinct dat me deed denken aan een roofdier, speelde op. Ik zakte iets door mijn knieën, kromde mijn rug en sloop zo zacht als ik kon naar het gepiep toe. Toen ik vlakbij was hield het geluid op en kon ik de angst van het diertje voelen.

“Blijf,” siste ik naar de hond. Ik liet de riem vallen, sloop naar de boom toe waar het geluid vandaan was gekomen en richtte toen mijn zaklamp erop. En ja hoor, daar lag een klein vogeltje, nog heel jong. Hij was denk ik uit een nest gevallen. Het licht deed hem schrikken en hij begon weer panisch te piepen. Ik wist even niet wat ik moest doen. Laten liggen of optillen? Ik kon hem naar de dierenarts brengen, misschien dat die er wat aan kon doen. Maar toen nam roofdier instinct het weer over. Ik kon mezelf niet inhouden, pakte een afgebroken tak, hief het boven mijn hoofd en liet het toen in een rap tempo neerdalen. Het vogeltje piepte nog één maal, kraakte toen vreselijk en stierf met een ‘splsh’. Ik merkte dat ik hijgde, mijn schouders bewogen te snel op en neer. Langzaam tilde ik de stok op, richtte het licht weer op de grond. Daar lag een bergje bebloed bot en veer. Ik slikte, keek naar de tak en zag daar een donkere vlek op met wat dons eraan. Even bleef ik gebiologeerd kijken, bewoog mijn neus naar de tak toe… “Holy shit!” riep ik toen ik me realiseerde wat ik aan het doen was. Ik smeet de tak zo ver mogelijk weg, keek nog een laatste keer naar het verpletterde beestje en rende toen terug naar Shakes. Ik greep zijn riem, riep een ‘kom mee!’ en liep snel weg, mijn gedachten compleet in de war.

   Op een gegeven moment kwam ik bij de grootste boom in het bos waar ik schijnbaar als kind een boomhut met mijn moeder had gebouwd. Mijn moeder was tot veel meer in staat dan je zou denken wanneer je haar zo in de keuken bezig zag. Even staarde ik omhoog naar het bouwwerk. Het zag er stevig uit, maar misschien zat er houtworm in. Ik haalde mijn schouders open bond Shakespeare aan een dunne boom. Hij keek me aan met zulke droevige ogen dat ik bijna zelfmoordneigingen kreeg en storte toen ter aarde, zijn kop op de grond, tong lusteloos naar buiten. Ik liep naar de hut, trok aan het koort waardoor een touwladder naar beneden viel en klom toen naar boven. In een rap tempo ging ik omhoog, wurmde me door het luik in de planken en keek in het rond toen ik binnen was. Action Man poppen, posters van Metallica, Slayer, Dire Straits… Ik fronste. Was dit echt van mij? Mam had gezegd dat er ‘ergens’ in het bos een boomhut stond die we samen hadden gemaakt maar ze had me niet gezegd dat ik dit erin zou vinden. Ik keek naar mijn kleren, mijn rokje en blouse, overdekt met een wit-zwart gestreept vest, naar mijn panty en roze ballerina’s, toen weer terug naar de posters. Had mam wat voor me achtergehouden of had ze er gewoon niet aan gedacht dit te vertellen?

DuisternisWhere stories live. Discover now