Hoofdstuk 26 - Is Er Een Dokter In De Zaal?

143 12 0
                                    

I don't think you realize what you mean to me, not the slightest clue

'Cause me and you were like a crew

I was like your sidekick, you gon' either wanna fight

When I get off this fucking mic or you gon' hug me

But I'm out of options, there's nothing else I can do 'cause

(Eminem ft. Skylar Grey & Dr. Dre - I Need A Doctor)

(Kimberley)

Ik hoor nog schoten, maar die kunnen me allemaal niet schelen. Ik ren naar Vince toe en kniel bij hem neer, alles gaat in slowmotion. 'Vince!', schreeuw ik. Het klinkt als een jammerklacht, zoals alleen spoken dat kunnen. Valentine en Hope komen ook bij me zitten, maar gelukkig hebben zij de gedachte om hem op te tillen en door te lopen, want we zijn nog steeds niet veilig.

'Kimberley, LOPEN!', krijst Valentine. Ik knipper met mijn ogen en ontwaak uit mijn slowmotion-modus. Ik zie nu wat er echt aan de hand is. Nadat Vince is neergeschoten, zijn de robots steeds dichterbij gekomen. We moeten echt dringend weg.

'Ow shit', vloek ik en spring op. Vince is in goede handen, maar ik zorg er wel voor dat ik af en toe een blik op hem werp. De kogel die hem raakt in de schouder had ik liever niet gezien.

'Bukken', tiert Kris naar me en vlak nadat ik gedaan heb wel hij riep, zoeft er een kogel over mijn ruggengraat. Dat was nipt.

'Bedankt!' Hij glimlacht magertjes en we slaan enkele hoeken om.

'Misschien moeten opsplitsen?', stel ik voor, 'ik ga wel rechtdoor, jullie gaan naar links en jullie twee gaat met mij mee.' Kris en Thomas moeten met mij mee. 'Deal?' Ze knikken allemaal heftig en doen wat ik hen gevraagd heb.

Een moment later volgt de robot ons drie en is Vince veilig. Ik voel me haast opgelucht, maar de strijd zit er nog niet op. Ik kijk achter me. Hij komt steeds dichter.

'Kris', begin ik en hij kijkt me zwaar ademend aan. Ik knik naar de robot en hij snapt me onmiddellijk. Ja, je mag je wapens bovenhalen. Ik zal je niet verklappen. Ik hartje Kris. Op dit soort momenten dan.

Ik grijns en mime: 'Bedankt.' Hij geeft geen reactie en ik vervorm mijn hand. Ergens links van me - waar Thoms loopt - hoor ik een gil. Ach. Een probleem voor later. Er is een reden waarom ik Thoms heb meegenomen en niet heb meegestuurd met Val.

Dat mijn huid scheurt kan me op dat moment niks schelen. Dat is ook een zorg voor later.

Ik lach luid als ik schiet. 'Haha! Vuil stuk schroot! Ik weet dat je meekijkt, Camèra, en blijkbaar is de boodschap niet goed aangekomen. Ik herhaal: wacht op mijn signaal, jij domme sukkel! Er zijn te veel mensen ontsnapt door deze overhaaste actie. Nu werk ik mijn woede even uit op dit koude wezen voor me.' En dan schiet ik. Recht in de roos. Oh, wat heb ik dat goede gevoel gemist dat een geweer me geeft. Niet zozeer dat doden, maar het schieten. Heb jij dat niet als je iets goed kunt? Dan voel je je toch euforisch en zelfs beter? Ik heb deze gevoelens nog niet zo lang - sinds mijn operatie dus - maar ik wil ze nooit meer kwijt.

De robot zakt in elkaar. Ik weet dat het nu veilig is, maar we rennen nog een stukje in stilte, met Kris aan kop. Thomas werpt vreemde, nadenkende en hatelijke blikken naar me, maar ik negeer ze zo goed ik kan. We komen bij een kruispunt van tunnels en we besluiten even te stoppen. Thomas windt er geen doekjes om en vraagt meteen: 'Ben je een robot?'

Ik antwoord eerlijk. 'Ja.'

'Maar... Komt dit door jou?'

'Nee.' Ik klink erg hard, maar dat is omdat ik me ook zo voel. Ik wist het eigenlijk nog niet, maar nu besef ik dat ik deze mensen nooit zou kunnen verraden. Nooit. Ik maakte me zoveel zorgen toen ik Vince niet meteen zag, weet ik nu ook. Ik denk... Zou ik? Nee toch...

R26Where stories live. Discover now