Deel 27

2.2K 141 1
                                    

Zondag is date acht, met ene Jasper. We hebben bij hem thuis afgesproken. Om zeven uur sta ik voor de deur.
“Hallo,” begroet Jasper me. “Kom binnen.” We lopen naar de keuken. “Ik weet niet wat je precies leuk vindt, maar ik had geen inspiratie voor een date en het leek me wel leuk om een taart te gaan bakken.”
“Leuk idee,” vind ik. “Lekker origineel, die heb ik nog niet gehad.” Eigenlijk was ik voor dit project bang dat ik tien avonden in de bioscoop zou doorbrengen, maar dat valt gelukkig reuze mee.
“Oké dan. Wil je eerst wat drinken?”
“Is goed. Doe maar een cola.”
Jasper schenkt twee glazen cola in en zet een schaal koekjes op de keukentafel. We praten eerst een beetje over koetjes en kalfjes terwijl we de koektrommel leegeten.
“Ik zie je wel eens op school,” merkt Jasper op.
“Dat zou best kunnen, ja.” Zoveel scholen zijn er hier in de buurt niet en hij lijkt me te jong om al te studeren of een fulltime baan te hebben.
“Ik zit nu in vmbo T vier. Na mijn eindexamen wil ik havo gaan doen, zodat ik daarna naar het hbo kan. Ik wil International Food Business studeren.” Een jongen die weet wat hij wil dus. Dat is ook belangrijk.
“Ik zit in havo vijf,” reageer ik. “Maar ik was slim genoeg om meteen naar de havo te gaan.” Ik schat in dat Jasper niet het type is om er moeite mee te hebben als ik daar grapjes over maak.
Dat vermoeden blijkt te kloppen. Met een lach op zijn gezicht staat hij op. “Nou Einstein, zullen we dan maar eens aan onze taart beginnen?”
“Doen we.” Ik sta op en kijk naar het aanrecht, waar al allerlei spullen klaar liggen. Hoe moet dat eigenlijk, een taart bakken? Ik ben helemaal niet zo’n keukenprinses.
Jasper lijkt te zien dat ik niet goed weet wat ik moet doen. Hij geeft me een weegschaal aan. “Als jij nou eens zorgt dat we tweehonderdvijftig gram boter hebben, dan regel ik de eidooiers.”
Ik vind het best en pak een pakje boter dat al op het aanrecht klaar ligt. Mijn vingers zitten al helemaal onder de boter voor ik het pakje ook maar open heb gemaakt, waardoor ik alles onder smeer. Toch belandt er uiteindelijk precies tweehonderdvijftig gram van het boterblok in de keukenmachine, waar Jasper de eidooiers al in aan het mixen is. Ondertussen vraag ik me af wat ik van deze date moet vinden. Ik ben zelf nogal een kluns in de keuken, dus kan het handig zijn om een vriend te hebben die wel goed kan koken. Maar of Jasper dat gaat worden? Eerst maar eens zien hoe deze date verder verloopt.

-

Een kwartier later gaat onze toekomstige chocoladetaart de oven in. Ik ben er trots op, omdat dit de eerste taart is die ik zonder mijn moeder gebakken heb. Jasper daarentegen is fantastisch met etenswaren. Voor hem was dit een makkie. Tijdens het bakken vertelde hij dat hij later een eigen restaurant wil beginnen.
“Wat zullen we nu gaan doen?,” vraagt Jasper.
“Dat hoor jij te verzinnen,” reageer ik, maar dan besef ik me dat dat wel een beetje bot klinkt en hij is juist zo aardig. “Ik weet het niet. Wat vind jij leuk? Behalve koken dan.”
Jaspers ogen lichten op. “Mijn vader en ik bouwen samen op zolder aan een modelspoorbaan. Wil je het zien?”
“Mij best.” Ik heb toch niks beters te doen.
Dus begeven we ons op de trap naar de zolder. Daar zit Jaspers vader met allerlei snoertjes en miniatuurrails te knutselen. Hij legt me precies uit wat waarvoor is en wat er gebeurt als je op welk knopje drukt. Informatie die ik over vijf minuten weer vergeten ben, maar dat vertel ik hem niet. Dan laat hij zijn snoertjes voor wat het is en pakt het besturingsapparaat om de trein te laten rijden.
Ik ben niet zozeer geïnteresseerd in de trein, maar meer in het landschap waar dat ding door rijdt. Dat hebben ze echt mooi gemaakt. Het lijkt op het zuiden van Duitsland of de bergen in Frankrijk.
“Mooi hè?,” zegt Jasper.
“Ja.” Het maakt me niet uit dat hij het over de trein heeft en ik over het landschap. Intussen blijft de locomotief maar rondjes rijden. Volgens mij hebben we elk stukje spoor al wel een keer gehad, maar Jaspers vader gaat onvermoeibaar door. Jasper staat gefascineerd te kijken, alsof hij nog nooit iets interessanters heeft gezien. Ik rol met mijn ogen. Kunnen we niet iets leuks gaan doen?
Na een paar minuten heeft Jasper eindelijk door dat ik me verveel. “Kom, dan gaan we weer. Misschien hebben we nog wel een leuk spelletje of zo.”
“Ik ben niet echt zo’n spelletjesmens.” Nooit geweest ook. Als kind was ik zelfs bang voor de put in ganzenbord.
“Laten we dan eens kijken wat er op televisie is.” Jasper neemt me mee naar de woonkamer en zet de televisie aan. Onderuitgezakt op de bank begint hij te zappen. Er is niet veel soeps op, dus keert hij uiteindelijk terug naar Nederland 1 voor ‘Boer zoekt vrouw’ wat hij gaandeweg het programma vordert echt geweldig blijkt de vinden.
Ik vind er niks aan. Tot een paar weken geleden zou ik misschien nog met enige interesse hebben kunnen kijken, maar ik heb momenteel mijn eigen datingshow. Eentje die waarschijnlijk geen kijkcijferhit zou worden. Voortaan wil ik graag uit de buurt blijven van alles wat te maken heeft met het actief op zoek gaan naar liefde.
Gelukkig is na een tijdje de taart klaar en gaan we terug naar de keuken. We versieren onze creatie met chocoladeglazuur en allerlei versieringen, zoals gekleurde hagelslag en chocoladebolletjes.
“Wil je meteen een stukje proeven?,” vraagt Jasper. Hij heeft al een mes in zijn handen.
“Ja, natuurlijk! Ik heb nog nooit zelf een taart gebakken en die ook nog opgegeten. Mijn moeder bakt altijd appeltaart, maar dat begint zo onderhand te vervelen. Een stukje chocola ertussendoor kan geen kwaad..”
Jasper grijnst en snijdt een stuk taart af. Hij legt het op een bordje en geeft het aan mij. “Vorkjes liggen in die la.”
Ik pak een vorkje en begin te eten.  Meteen al de eerste hap is zo hemels dat mijn tong ervan gaat tintelen.“O, dit is mijn nieuwe lievelingseten! Serieus, ik heb nog nooit zo’n lekkere chocoladetaart gehad.”
“Ja, vast,” lacht Jasper.
“Nee echt!” Oké, ik zeg het een beetje om te slijmen, maar er zit zeker een kern van waarheid in. De taart smaakt heerlijk.
“Wil je ‘m mee naar huis nemen?,” vraagt Jasper.
Is dat niet heel erg onbeleefd? Helaas wint mijn liefde voor eten het. “Ja, als jij dat niet erg vind.”
“Ik bak wel een nieuwe.” Jasper wikkelt de taart voorzichtig in een plastic zak. “Alsjeblieft. Ik hoop dat je een leuke avond hebt gehad.”
“Ja, het was gezellig. Bedankt. Maar ik denk dat ik nu maar eens naar huis ga.” Met andere woorden: je maakt geen schijn van kans.
Jasper houdt de deur voor me open. “Oké. Misschien zien we elkaar nog een keer.”
Ik knik wat en stap dan snel op mijn fiets. Thuis eet ik samen met mam nog een stuk van de taart terwijl we over onze dates van dit weekend roddelen.  In gedachten tel ik af. Nog twee dates voordat ik van dit vreselijke gedoe verlost ben.

10 jongens, 1 echte liefdeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu