Hoofdstuk: 30

564 18 5
                                    

P.O.V. Joshua
Ik kom aan bij het weeshuis en meteen krijg ik weer een naar gevoel van binnen. Ik zucht diep, zet mijn fiets in het fietsenrek en loop naar binnen. Ik zie dezelfde man als altijd achter de balie zitten. "Hallo meneer Petersen." Begroet ik hem. Hij kijkt op en glimlacht als hij mij ziet. "Joshua! Wat leuk om je nog een keer te zien. Je ziet er goed uit" "Dank u wel meneer" Ik loop door naar binnen. Ik zie alle kinderen aan de eettafels zitten. Ze zijn aan het lunchen. Ik glimlach zwak als ik terugdenk aan een paar maanden geleden. Ik zat altijd alleen aan dat ene speciale, vervallen tafeltje in het hoekje, dat nu helemaal leeg is.

Ik word uit mijn gedachten gehaald door de bel die aangeeft dat het etenstijd is en dat alle kinderen naar eetzaal toe moeten komen. Ik loop naar het kantoor van Ashley.

Als ik voor het kantoor van Ashley sta, klop ik op de deur. "Binnen" Ik open de deur en glimlach naar haar. "Joshua!" Zegt ze vrolijk. We geven elkaar een knuffel. "Je bent dus gekomen voor die jongen?" "Zeker. Ik wil je heel graag helpen" "Gelukkig. Ik weet niet wat ik met hem moet doen. Ik heb al zo veel geprobeerd. Jij was al ouder, dus jij werkte mee. Hij zet zich ertegen" "Dat kan ik begrijpen. Het is ook niet niks als je hier zomaar heen verhuist. Ik wilde ook het liefst weg, maar ik besefte me dat jullie me hier zouden helpen. Ik denk dat hij zich dat niet beseft." Ashley knikt instemmend.

————

We lopen naar de jongen, Tristan, toe. Ik heb alle uitleg gekregen. Over wat er met hem is gebeurt en over wat voor soort jongen hij is. "Hier is het. Ik ga wel terug naar mijn kantoor. Ik vertrouw je 100 procent" Ik geef Ashley een knuffel en dan loopt ze terug. Ik zucht diep.

Hier gaan we dan...

Ik klop op de deur van de kamer. "Nee!" Roept hij boos. "Hey Tristan" begin ik. Ik krijg geen antwoord terug. "Ik ben Joshua. Ik help Ashley" "Ashley mag oprotten" hoor ik hem boos zeggen. Ik zucht zacht. "Ashley is er nu niet. Wil je alsjeblieft de deur voor mij open doen?" Vraag ik. "Ben je alleen?" Vraagt hij. "Ja. Dat beloof ik je" verzeker ik hem. Ik hoor het slot opengaan en ik zucht van opluchting.

De deur gaat open op een kier, maar niet verder. "Hey" zeg ik glimlachend. "Wat kom je doen?" Vraagt hij. "Ik kom praten. Niks meer. Als je dat goed vind natuurlijk" Hij knikt onzeker. Hij laat mij binnen en doet de deur dan weer dicht en op slot.

Tristan is best wel klein voor zijn leeftijd. Zijn haar ligt plat op zijn hoofd en zijn ogen zijn rood van de vermoeidheid en het huilen.

Bijna een precieze replica van mij, minus het ondergewicht. Tristan ziet er, kwa gewicht, gezond uit. "Je kan daar zitten?" Zegt hij, meer vragend, terwijl hij naar zijn bureaustoel wijst. Ik knik en ga op zijn bureaustoel zitten. Tristan gaat op zijn bed zitten, ver van mij vandaan.

"Waarom laat je niemand binnen in je kamer?" Vraag ik aan hem. "Ze willen altijd van alles van me. Ik wil gewoon alleen zijn, maar dat snappen ze niet" "Ze snappen wel dat je alleen wilt zijn, maar je moet ook eten en drinken. Je moet ook verzorgd worden hier" leg ik uit. "Nee! Alleen mama moet voor mij zorgen, maar zij is dood!" Roept hij van slag. Hij gooit een boek op de grond en daarna volgen nog meer spullen. Ik sta op en loop voorzichtig naar hem toe. Ik ga op mijn hurken voor hem zitten en kijk hem aan. "Ik heb hier ook gezeten Tristan. Ik wilde ook alleen maar dat mijn moeder er voor me was en me zou verzorgen, maar we kunnen helaas de tijd niet terugdraaien." "Ik wil haar gewoon weer zien" zegt hij snikkend. Ik ga naast hem zitten en sla mijn armen om hem heen.

Één simpele knuffel kan soms wonderen doen.

"Ik wilde dat mijn vader goed voor mij kon zorgen. Dan zat ik hier niet" "Ik snap dat je hier niet wil zijn Tristan. Dat wil natuurlijk niemand, maar ik besefte me dat dit mijn enige veilige plek was waar ik mezelf kon zijn. De mensen die hier rondlopen zijn geweldig en je kan hier vrienden maken. Je moet alle positieve dingen in gaan zien van het weeshuis. En soms mag je je een dag opsluiten in je kamer en niks doen, maar laat die ene dag niet je hele week verpesten" zeg ik. Tristan trekt zich uit de knuffel en veegt zijn wangen af. "Waar woon jij nu?" Vraagt hij. "Ik ben een paar weken geleden geadopteerd door een hele lieve vrouw. Vanaf toen ben ik weer gelukkig geworden en heb ik pas ingezien hoe goed ik het hier eigenlijk had. Ik heb mezelf hier heel slecht verzorgd en ik wil niet dat jij hetzelfde gaat doen Tristan. Neem de hulp van Ashley en mij met beide handen aan en maak er hier een leuke tijd van. Ik heb gehoord wat je allemaal hebt meegemaakt en daar mag je je ook verdrietig door voelen, maar dan moet je je niet alleen gaan opsluiten. Ga dan naar Ashley toe, oké" Tristan knikt.

Een geeuw verlaat zijn mond. "Ga lekker slapen. Ik zal Ashley vertellen dat je slaapt en dat ze morgenochtend pas hoeft te komen, goed? Ik ben er ook bij" Tristan knikt en gaat op zijn bed liggen. "Wil je alsjeblieft hier blijven, totdat ik slaap?" Vraagt Tristan onzeker. "Tuurlijk. Ik ben er voor je als je me nodig hebt. Wanneer dan ook" Tristan pakt mijn hand vast en sluit dan zijn ogen.

Het duurde niet lang voordat de grip om mijn hand verslapte en hij in slaap is gevallen. Ik sta voorzichtig op en loop dan zijn kamer uit.

Ik denk dat ik zowaar goed werk verricht heb...

Broken (BxB) •Dutch• {Voltooid}Where stories live. Discover now